Een willekeurig gedicht uit het archief | |
Michiel de Jong - Oogie Boogie - 2014-08-18 (bij de muziek Oogie Boogie) Er was eens een koetje in mooi Purmerend, dat was aan het dolen, zowat verholen. Zij loeide elke morgen: wat is het toch fijn een dolende koe in de Marktstad te zijn. Refrein: Ik zag een koetje – Waar – Daar in de stad. Waar in de stad – Nou daar – Een koe op blote voetjes. Nee ’t is geen grap. Het ging van klip klipperdeklap in de stad. Oh, ja. Het koetje was eenzaam en zocht naar een man. Boe boe loeide een stiertje:ik wil jou als het kan. Toen loeiden zij luid: wat is het toch fijn samen aan het dolen in de Marktstad te zijn. Refrein Moe koe kreeg een drieling en allen gezond, dus aten ze beschuitjes met muisjes en iedereen loeide: wat is het toch fijn een dolende koe in de Marktstad te zijn. Refrein De koeienfamilie werd groter en groter. De boer keek naar de lucht en was beducht voor al die loeiende koeien: wat is het toch fijn een doelende koe in de Marktstad te zijn. Michiel de Jong 9 augustus 2014 | |